Page 50 - Inkijkexemplaar-Retailmarketing-en-E-commerce-voor-het-mbo
P. 50

Inkijkexemplaar
                                                                                                                  10




                HOOFDSTUK 10




           10.  De marketingmix



           De marketingmix is een begrip, bedacht door Jerome McCarthy. Deze marketingmix bestaat uit 6 begrippen
           (oorspronkelijk ging het om 4 begrippen), die al onze marketing activiteiten omschrijven. Oorspronkelijke
           begrippen zijn: Product, Prijs, Plaats en Promotie. Ze beginnen allemaal met een P en daarom worden ze de
           4P’s genoemd. Voordat we dieper ingaan op deze 4P’s, duiken we eerst in de geschiedenis om te laten zien
           hoe marketing is ontstaan en vooral waarom bedrijven niet zonder marketing kunnen.



           10.1  Toen marketing nog niet bestond


           Als er een grote schaarste is, kun je een product gemakkelijk verkopen. De marketingactiviteiten zijn dan
           nauwelijks nodig. Maar zodra het aanbod toeneemt en er meer concurrenten op de markt komen, moeten
           we toch meer moeite doen om een product te verkopen. Voordat we verdergaan met de marketing zoals
           die nu is, nemen we je even mee in de ‘marketing-evolutie’.


           Productieconcept
           In de 2e helft van de vorige eeuw was er een grote ontwikkeling in het produceren van goederen of produc- Productieconcept
           ten. Er vond veel ontwikkeling op het gebied van automatisering plaats, waardoor sneller en meer gepro-
           duceerd kon worden. Omdat er een grote behoefte was aan producten, was het relatief gemakkelijk om te
           verkopen. Er hoefde geen grote reclamecampagnes uitgevoerd te worden. Had je een product dat voldeed
           aan de wensen, dan werd het wel verkocht. Produceren was het doel.


           Productconcept                                                                          Productconcept
           Naarmate de productie toenam en meerdere bedrijven overgingen tot automatiseren, werd het aanbod steeds
           groter. Er was geen sprake meer van grote schaarste. Producten of verkopers gingen concurreren om ervoor
           te zorgen dat hun product goedkoper of net een beetje beter was dan de concurrent, waardoor zij meer kon-
           den verkopen dan de andere aanbieders. Bekendere   fabrikanten of merken hadden meer aanzien, mits de
           kwaliteit voldeed uiteraard. Zo werd er voor bekende en goede merken meer betaald dan voor nieuwkomers.
           Er werd goed gekeken naar de kwaliteit van het product. Had je een product dat beter was dan andere pro-
           ducten op de markt, dan had je een streepje voor.


           Verkoopconcept
           Soms gebruiken we de uitspraak “Een goed product verkoopt zichzelf”. Als producten naar wens zijn van
           de klant, kunnen deze worden aanbevolen aan anderen en creëer je vanzelf een vraag naar die producten.  Verkoopconcept
           Het product moet wel voldoen aan de verwachtingen van de klant met daarbij een goede prijs-kwaliteit
           verhouding.
           .
           Op het moment dat er meer goede producten op de markt komen, is het belangrijk om mogelijke klanten
           (“de markt”) te laten weten dat jij bepaalde producten aanbiedt. Als mensen niet op de hoogte zijn van het
           bestaan van bepaalde producten, zal er ook nooit vraag naar zijn. Bij het verkoopconcept moeten bedrijven
           acties ondernemen om de producten te verkopen. Producten worden niet gekocht, maar verkocht!





                                                                                                          77
   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55